Dennis & Lilian reizen door Afrika

Sesriem – Sossusvlei – Sesriem

Dag 17: Vrijdag 10 juni 2005

Om kwart over vijf gaat de wekker. We vertrekken om 5.45 uur naar Dune 45 om daar de zon op te zien komen. De klim omhoog is erg zwaar en ik voel me nog slap, daarom besluiten we op 1/3 te gaan zitten om daar op de zonsopkomst te wachten. Er staat een harde koude wind en het fijne rode zand kruipt overal in en tussen. Het uitzicht is wel erg mooi en we genieten van de opkomende zon.

dune-45.jpg

Weer terug bij de truck staat het ontbijt al klaar. Ik neem alleen een kop thee en een droge cracker. Ik heb last van een superdip en wil het liefste direct naar huis toe. Na het ontbijt rijden we verder de vallei in waar we even later overstappen in de laadbak van een 4×4. We lijken wel een kudde vee die vervoerd moet worden zo met z’n allen achterin. Frans onze Bushmangids neemt oms mee de Sossusvlei in en vertelt ons veel over de toekomst- of struisvogelvlei, de sossusvlei en de dodevlei. De laatste keer dat er water in de Sossusvlei stroomde was in 1997. Vorig jaar heeft het nog wel twee keer geregend dus er groeien her en der wel wat plantjes. Frans verteld ons dat er in de kleilaag die na de vorige natte periode is achtergebleven eitjes van garnalen zitten. Deze eitjes kunnen zeer lang overleven in de klei en komen weer uit als er weer eens water in de valei staat. Ze kunnen jaren overleven zonder water. Kikkers leggen ook wel eitjes in de klei maar deze kunnen slechts 5 jaar overleven en zijn nu (na 8 jaar droogte) dus dood.

duintop.jpg

De dieren en mensen die in dit woestijnlandschap leven verkrijgen hun vocht o.a. uit wilde meloenen. Om de bloesem van de wilde meloen te beschermen tegen muizen hangen de bushman struisvogelveren in de struiken. De bushman bewaren ook drinkwater in lege struisvogeleieren die ze begraven. Het water in zo’n ei kan wel 8 maanden goed blijven terwijl het zelfde water in een plastic fles na een paar maanden al niet meer drinkbaar is.

hagedis.jpg

De wind waait in de winter (nu dus) altijd van oost naar west en in de zomer waait hij altijd van west naar oost. Je kunt aan de vorm van de duinen dan ook zien waar het oosten en het westen is.
We lopen door het zand richting de dode vlei. Onderweg vangt Frans een hagedis in het zand. Hij verteld dat de Bushmen soms ook hagedissen eten als ze geen eten en/of drinken kunnen vinden.
In de dode vlei staan boven die al ruim 900 jaar dood zijn. Vroeger stroomde er soms ook water in de dode vlei maar een duin heeft deze vlei van de rivierbedding afgesneden waardoor deze volledig verdroogt is. De bomen kunnen overeind blijven staan omdat hun wortels tientallen meters diep in de grond steken.

dode-vlei.jpg

Frans verteld ons dat hij als Bushman de voetsporen (van blote voeten) van zijn hele familie kan herkennen in het zand. Hij laat ons ook met behulp van een magneet zien dat het zwarte “zand” dat op het rode ligt geen zand is maar ijzerpoeder. Het wordt door de magneet aangetrokken. Vanaf een zandduin hollen we met grote stappen naar beneden. Dat gaat een stuk makkelijker dan omhoog.

Weer terug op de camping lunch ik met een kopje bouillon en een paar crackertjes. Daarna vermaken we ons bij het zwembad dat erg koud is. Aan het eind van de middag probeer ik nog wat te slapen in de schaduw.
Vanavond hebben we eindelijk een bbq/braai, maar ik krijg niets anders dan een kopje bouillon en een schaaltje fruitcocktail.